De weersomstandigheden deze zomer maken het nog maar goed duidelijk. Naast periodes van droogte hebben we in Nederland ook nog steeds te maken met de gevolgen van zware regenval. Het meest heftige voorbeeld van zware regenval deze zomer is de regenval met overstromingen in Limburg afgelopen juli.
De extreme hoeveelheid neerslag die in Limburg viel (volgens het KNMI viel op 13 en 14 juli op sommige locaties ruim twee keer de normale hoeveelheid neerslag van de hele maand juli[1]) kwam in zeer korte tijd terecht op al verzadigde bodem. Rivieren en beken konden de extreme neerslag niet snel genoeg verwerken en traden buiten hun oevers. In korte tijd veranderde de omgeving extreem: volgelopen uiterwaarden, percelen die onder water staan en zelfs overstroomde stadscentra en woonwijken in bijvoorbeeld Valkenburg en Meerssen.
Deze onzekere situaties leiden tot acute vragen: Welke gebieden zijn precies overstroomd? Hoe hoog staat het water en hoe snel trekt het weg? Welke huizen, percelen en infrastructurele werken zijn bereikbaar, beschadigd of staan onder water?
Met behulp van actuele satellietbeelden kunnen voor, tijdens en na extreme weersomstandigheden dergelijke praktische vragen binnen enkele uren voor een groot gebied beantwoord worden. Met deze informatie kunnen hulpdiensten de efficiëntste route naar urgente situaties bepalen en kunnen crisismanagers bepalen waar de nood het hoogst is. Ook naderhand is dit nog nuttige informatie voor bijvoorbeeld verzekeraars en ontwerpers van nieuwe oplossingen. Een ander voordeel van het gebruik van satellietdata is dat de aanschafkosten een stuk goedkoper zijn ten opzichte van andere remote sensing bronnen, zoals luchtfoto’s of dronebeelden.
Het aanbod van actuele satellietdata is groot. Er zijn steeds meer commerciële satellietconstellaties in de ruimte die near-real time satellietdata aanbieden. Radar constellaties zoals die van Capella Space kunnen zelfs ’s nachts en in alle weersomstandigheden zeer gedetailleerde opnames maken. Als voorbeeld is in bijgevoegde afbeelding de situatie rond het Julianakanaal op 16 juli (het hoogtepunt van de overstroming) en 17 juli te zien. De zwarte plekken geven de overstroomde gebieden weer, in het wit gebouwen. Op 17 juli zijn de overstroomde gebieden voor een groot deel weer drooggevallen.
[1] https://www.knmi.nl/over-het-knmi/nieuws/onderzoek-naar-hevige-overstromingen-in-limburg-ardennen-en-eifel